Hij zag hoe ze voorover boog en haar fiets met een kettingslot aan een verkeerspaal vastmaakte. Het was hem niet eerder opgevallen dat haar kin zo ingevallen was. En een mouwloos T-shirt, kon dat wel? Het vlees van haar bovenarmen zwabberde met elke beweging mee.
‘Ik moet het eigenlijk uitmaken’ dacht hij.
Ze zwaaide dat ze hem gezien had en liep tussen de tafeltjes door op hem af. De laatste stappen deed ze met drie parmantige sprongetjes, bij de laatste plantte ze haar hakken tegen elkaar en sloeg haar armen om zijn hals zoals alleen jonge meisjes horen te doen.
‘Ik weet het’, zei ze, ‘ik ben eruit, ik ga met je trouwen’.
Nee’, dacht hij, ‘ niet nu, alsjeblieft niet nu’.
Hij had zich verheugd op een zorgeloze vrijpartij na een paar inspirerende glazen wijn. Die kans leek nu al verkeken.
Hij maakte voorzichtig haar armen los en zette haar tas op de terrasstoel naast hem.
‘Wat wil je drinken?’ vroeg hij, en hij glimlachte breed in de hoop haar haar gedachten tenminste even af te leiden. Dat kon zo maar bij Colette.
‘Nee jongetje. Zo gemakkelijk kom je dit keer niet van me af. Geloof me, het is het beste voor je. Ik zeg het niet eens voor mijzelf. Zo wordt het niks met je. Eigenlijk ben je een rustige lieve man. Wat jij mist is iemand zoals ik. Doe maar een rosé’.
Ze glimlachte stralend, triomfantelijk leek het over haar kordate standpunt.
Gerard ademde diep in en liet de lucht via zijn neus ontsnappen in een poging het niet op een zucht te laten lijken.
‘Mag ik even naar toilet voor dat ik antwoord?’
Hij probeerde het luchtig te laten klinken om ruimte te scheppen voor elk antwoord dat hij zou kunnen bedenken.
‘Ja, stel maar uit, zo ken ik je wel’. Een Colette in deze stemming was vasthoudend met een oneindige energie en dito vermoeiend wist hij.
Het toilet was tweemaal een trapje af achter in het restaurant. Hij betrapte zich erop dat hij naar een achteruitgang zocht. Zomaar verdwijnen leek even een aantrekkelijke optie. In de spiegel boven de wasbak bestudeerde hij zijn gezicht en krabde even aan een plekje onder zijn oog. Raar plekje, het zat er zo maar ineens een paar weken geleden. Toch eens mee naar de dokter gaan. Hij waste gedachteloos zijn handen om de tijd te doden en zag dat hij nodig zijn neusharen moest knippen. Hoelang kende hij Colette nu? Drie maanden? Vier? Hij had haar aangesproken op een terras waar ze een boek zat te lezen. Er waren bijna geen stoelen vrij.
‘Mag ik naast u zitten als ik beloof niets te zeggen en net als u alleen maar lees?
Later had ze hem met haar een stralende glimlach gedag gezegd. De volgende dag zat ze er weer en sloeg haar boek dicht toen hij op de lege stoel naast haar wees. Ze gingen samen eten en naar bed, zij het niet direct. Dat strookte niet met een Colette’s principes, minimaal veertien dagen tussen de eerste kennismaking en de eerste keer vrijen.
‘Werkdagen of tellen de weekeinden ook mee?’, had hij nog gevraagd.
‘Hou op of ik maak er drie weken van’ had ze geantwoord. Inmiddels wist hij dat ze het meende. Toen ze het dan uiteindelijk voor het eerst deden was het moment zo beladen dat het bijna werken werd om nog klaar te komen. Sindsdien zagen ze elkaar een paar keer per week en was er langzamerhand iets ontstaan dat je een relatie zou kunnen noemen. Maar verliefd?, nou nee en het vrijen bleef een beetje plichtmatig. Oh Colette was leuk, zeker. Buiten bed was ze springerig, speels, van de hak op de tak met een wispelturigheid die bijna voorspelbaar begon te worden. Dat was even leuk geweest, interessant, maar eigenlijk hield Gerard daar niet zo van. Je moest hem niet overvallen met een spectaculair plan voor het weekeinde als hij net een boek zat te lezen.
En nu wilde ze dus trouwen. Met hem off all people. ‘Hoe kom je erop’ dacht Gerard. Hij wist ook wel dat hij een aantrekkelijke vrijgezel was, dat was hem vaak genoegd gezegd om het te geloven, maar zijn pad was nu niet direct bezaaid met gelukkig achtergebleven vrouwen. Hij schudde zijn rug en schouders alsof hij zo de gedachte weer kwijt kon raken, maakte met zijn handen een kommetje onder de kraan, liet het water over zijn gezicht lopen en depte het vervolgens droog met een stapeltje groene papieren handdoekjes.
‘Kom’, dacht hij, terug naar het slagveld. Hij knikte zichzelf bemoedigend toe en liep terug naar het terras.
Colette praatte half omgedraaid met twee vrouwen aan de tafel achter haar.
‘Deze mevrouw Gerard, uh Jeanine he, Jeanine hier schrijft net zo’n boek als jij’.
‘Dat kan niet’, mompelde Gerard binnensmonds, ‘dat schrijf alleen ik’. Hij toverde zijn breedste en meest niets zeggende glimlach tevoorschijn.
‘Wat toevallig’.
Hij ging zitten. Colette praatte nog wat en draaide zich toen weer naar hem toe.
‘Typisch jou weer om zo te doen’, zei ze zachtjes.
‘Wat doe ik dan?’
‘Dat weet je verdomd goed Gerard blaaskaak’. Zo noemde ze hem in haar meest kwaadaardige buien.
‘Je wilde het ergens over hebben’, begon hij.
Nee, niet over hebben, ik ga met je trouwen, dat zei ik’.
Gerard was zich bewust van de stilte die hij liet volgen. Dat het zijn stilte was. En dat de gelegenheid voor de goede reactie al voorbij was. Alles wat hij nu nog zei zou bedachtzaam klinken, weloverwogen. Daarbij, ze had helemaal niets gevraagd. Ze had iets gezegd.
‘Ik trouw niet met je Colette. Nu niet, volgende maand niet en volgend jaar niet. Nooit Colette, hoor je me, ik trouw nooit met je’. Hij had kalm en zonder enige nadruk uitgesproken, zonder zijn stem te dempen naar het niveau van ingehouden ruzie maken.
‘Ik trouw niet met je omdat…’.
Met een snelle beweging legde Colette de drie vingers van haar linkerhand tegen zijn lippen.
‘Shhh, ik weet wat je gaat zeggen maar dat wil nog niet zeggen dat ik het wil horen. Ze was even stil, keek opzij, het duurde even voordat ze weer het woord nam.
‘Dat weten we dan’, zei ze bijna monter. ‘Zullen we dan nu maar iets te eten bestellen?’
Een vaag gevoel rond zijn middenrif zei Gerard dat er iets helemaal mis aan het gaan was.
Lees verder / reageer