Het idee waart op veel opleidingen rond: de student of leerling moet de regie nemen over het eigen leren. Vermoedelijk komt dat denken voort uit inzichten over het belang van autonomie, zelfsturing en leren.
Autonomie, zelfsturing, zelfstandig leren, is één van de basisbehoeften van elk mens. Zonder voelbare autonomie rest ons slechts gehoorzaamheid. Het is belangrijk dat er in het onderwijs voldoende ruimte voor zelfsturing is voor docenten en deelnemers. Maar ruimte voor zelfsturing bieden is iets anders dan helemaal niet meer sturen, alles aan het initiatief van de student overlaten. Jongeren in de leeftijd van MBO en HO zitten nog volop in de ontwikkeling van hun identiteit. Als je niet weet waar je bent en waar je naartoe gaat, is zelfsturing een onmogelijke opgave. Voor zelfsturing is veel zelfkennis nodig. Cognitieve zelfkennis; wat weet ik, kan ik en wat niet, emotionele zelfkennis; wat boeit mij, waar word ik boos om, wat leidt mij af, en existentiële zelfkennis; waar wil ik met mijn leven naar toe. Dat zijn grote vragen als je nog volop in ontwikkeling bent. Arnold Cornelis sprak in zijn omvangrijke werk ‘De logica van het gevoel’ niet voor niets over ‘communicatieve zelfsturing’; in samenspraak met je omgeving doen wat goed voor jou is en niet schadelijk voor anderen.
En nu moet de zestien of zeventienjarige, net klaar met het voortgezet onderwijs waar veelal 100% sturing door de docent de norm is, ineens zelf de regie nemen?
Voor het nemen van regie is dus kennis nodig. Niet alleen de genoemde zelfkennis. Om leren te kunnen regisseren is ook inzicht in de inhoud noodzakelijk. Zonder dat is het onmogelijk vast te stellen welke leeractiviteit bij welke leervraag past. In de theater en film wereld is goed nagedacht over de rol van de regisseur. Een regisseur werkt met zijn acteurs op basis van grondige kennis van het stuk en de achterliggende gedachten. Het is op basis van kennis van die inhoud en de kenmerken van de speler dat de regisseur verschillende suggesties doet, waarna de ‘acteur’ kiest wat bij hem past. Dat is iets anders dan in je uppie het internet afstruinen naar het antwoord op je vraag. Een regisseur weet de speler verschillende mogelijkheden te bieden, organiseert het oefenen daarmee, en helpt de acteur zijn inzichten zichtbaar te maken. Zonder kennis van de inhoud verwordt regie gemakkelijk tot oppervlakkige adviezen. Met deze metafoor in gedachten terug naar het onderwijs.
In verschillende onderwijsinstituten waar ik kom, gebruikt men het woord ‘regie’, zonder dat zorgvuldig is nagedacht over wat daaronder wordt verstaan en wat je nodig hebt om regie te kunnen voeren. Regie vraagt dus in de eerste plaats om kennis. Zoals de toneelregisseur hierboven het stuk door en door moet kennen, de woorden, de achtergrond, de bedoeling, om zijn acteurs te helpen die te verbeelden, moet de regisseur van het leren de inhoud grondig kennen om passende leeractiviteiten te kunnen suggereren. Die kennis ontberen de meeste studenten aan het begin van hun leerproces. Het vraagt ook zelfkennis. Als de student de regisseur van het eigen leren is, moet zij ook enige structuur in haar werken aan kunnen brengen, afspraken met zichzelf en anderen nakomen, hoofd en bijzaken kunnen scheiden. De student als regisseur van het eigen leren veronderstelt dus inhoudskennis, zelfkennis en enige structuur kunnen aanbrengen in je leren en werken. Heel veel studenten zijn op die leeftijd nog niet zover en missen de stabiliteit in hun leefomgeving om dat zelf te ontwikkelen. Ook voor een ervaren volwassene kan dat nog elke dag moeilijk zijn. We vragen van de student als regisseur van het eigen leren iets wat we zelf ook lang niet elke dag kunnen opbrengen.
Leren regisseren. Wat doen we er mee? Is de student of de begeleider/docent aan zet? Het antwoord is allebei! De regie uitsluitend aan één van beiden overlaten is zelden een goed idee. Goed doordachte keuzes bieden kan een belangrijke stap naar autonomie zijn. Studenten helpen de goede keuzes te maken, en hen vervolgens aan die keuze houden, helpt hen zichzelf te leren kennen. Niet een regie voorschrijven, maar hen helpen die zelf te ontwikkelen.
Daarvoor zijn begeleiders/docenten nodig met grondige kennis van de inhoud, kennis van de effectiviteit van verschillende leeractiviteiten en kennis van hun studenten. Docenten die het mooie mengsel van ruimte geven en eisen stellen beheersen. Dat is geen geringe opgave. Zonder die kennis en kunde is de regie over het leren bij studenten leggen voor begeleider èn student een brug te ver. Leren regisseren stelt hoge eisen aan de docent, begeleider, coach of hoe je haar of hem ook maar wilt noemen. Maar is dat niet juist wat het vak zo boeiend maakt?