In de Groene Amsterdammer las ik een artikel over de positie van de mbo’er in onze maatschappij. De term ‘het verwaarloosde midden’ valt. Mbo’ers knippen ons haar, repareren onze cv, doen de apk van onze auto, staan ons te woord aan de helpdesk en verzorgen ons in het ziekenhuis. En dat is nog maar een kleine opsomming. Wat doen ze eigenlijk niet?
In het artikel komt onder anderen Rineke van Daalen aan het woord. Ze legt de vinger pijnlijk nauwkeurig op de zere plek. In Nederland spreken van hoger of lager opgeleid. Het midden lijkt niet te bestaan. En dat terwijl uitgerekend dat midden ons leven draaiende houdt. Van Daalen spreekt van ‘het verwaarloosde midden’ en daar heeft ze een punt. Hoog of laag opgeleid beslist over je prestige, je inkomen en je maatschappelijke status. En dat terwijl het midden onze steunpilaar is.
Van Daalen schreef er een boeiend boekje over. In Gewoon werk (AMB, Diemen 2014) beschrijft ze met glasheldere precisie wat mbo’ers nu precies doen en maakt daarmee duidelijk wat je allemaal moet kunnen om tegenwoordig een vakmens te zijn. Techniek neemt veel zwaar en eentonig handwerk over. Daarmee worden mbo’ers steeds meer ingezet op de schakelfunctie tussen techniek en mens: een niveau 4 afgestudeerd ict-helpdesk medewerker die een chirurg uit moet leggen dat er niks mis is met zijn telefoon, maar dat hij hem niet goed bedient. Dat vraagt flexibel bewegen tussen hiërarchische lagen. Daar moet je sociaal behoorlijk intelligent voor zijn.
Met de rap veranderende maatschappij veranderen de eisen aan mbo’ers net zo snel mee. Er wordt veel van ze gevraagd, maar in onze taal zijn we ze even vergeten. En niet alleen daar. Ik loop al heel wat jaren mee op allerlei verschillende mbo opleidingen, maar had dit me lang niet allemaal gerealiseerd. Van Daalen keek wekenlang mee met mbo’ers op het werk. Gewoon, goed kijken naar wat ze de hele dag doen. De scherpe observaties, frisse blik en heldere analyses van van Daalen zette me stevig op mijn plek.
Een mooi Sinterklaas cadeau voor iedereen die denkt dat hij of zij het mbo kent.
Lezen!